Knisperwater en geroezemoes (over klank en herinneringen)

door | dec 26, 2024 | Persoonlijk | 0 Reacties

Ik herinner me hoe ik wakker werd van een geluid in de verte. Het was eind december, het was nacht en ik was elf.

Ergens daarbuiten hoorde ik de langzaam luider wordende tonen van een trombone.

Vanuit mijn bed schoof ik het gordijn opzij en daar, onder het licht van de straatlantaarn tegenover ons huis, stond een kleine fanfare op hun blaasinstrumenten te spelen. ‘Er is een kindeke geboren op aard.’

Koperen klanken tuimelden door de dorpse stilte van een winternacht.

Later gebeurden er acht andere dingen.

1. Amerikaanse wetenschappers ontdekten een kristal dat geluid kan onthouden. Toen ze met een apparaat een toon naar het binnenste van het kristal stuurden, kwam die er zeventig microseconden later exact hetzelfde weer uit.

2. Vijftien jaar lang werkte ik in een open kantoor. Een grote ruimte vol mensen die de hele dag fanatiek telefoneerden, op toetsenborden rammelden, rinkelend in hun koffie roerden en hun bureaustoelen schrapend over de grond verschoven. Na een jaar kocht ik een noise-cancelling koptelefoon die al die geluiden opvangt en daar op de een of andere manier het tegenovergestelde van maakt.

3. Ik hoorde van een audiofiel dat er een muziekstroming bestaat die na het high-tech en super clean opnemen van een album, achteraf alsnog de geluiden van kuchjes, krakende stoelen of ademen toevoegt.

4. Er bestaan verhalen waarin mensen levend begraven worden. Als ik me dat probeer voor te stellen, vind ik het het allerengst wanneer de begravene vragend in het donker ‘hallo?’ roept en er daarna niets te horen is. Zou het helpen als er dan ergens in de grond zo’n kristal zachtjes ‘hallo’ terug zou zeggen?

5. Als puber lag ik graag uren in bad. Ik liet mijn hoofd dan langzaam zakken totdat mijn oren precies onder het wateroppervlak lagen en luisterde naar het knisperen van de schuimbellen. Net zolang totdat al het schuim was opgelost in het ondertussen koud geworden badwater.

6. Na de tweede coronalockdown mocht je in de vroege lente opeens buiten weer drankjes en eten afhalen bij restaurantjes en cafés. Ik herinner me hoe ik in het plantsoen in de rij stond voor de luxe van een koffie die een vreemde voor je maakt. Hoe ik ondertussen het kabbelende geroezemoes hoorde van mensen die verderop rond de vijver met elkaar zaten te kletsen. Hoe ik precies dat geluid zo ontzettend gemist had, zonder dat ik het wist.

7. Een muzikantencoach voor analoge elektronische muziek vertelde me dat daar zeven parameters voor bestaan. Toonhoogte, ritme, geluidssterkte, melodie, klankkleur, harmonie en stilte. Hij zei dat muzikanten juist die laatste parameter in hun enthousiasme vaak vergeten.

8. Wanneer ik thuis de motor van de auto uitzet, blijf ik het liefst nog even zitten. Om na al dat geruis en gebrom de ingetrokken voelsprieten van mijn slakkenhuis weer te kunnen strekken, te reiken naar een ander geluid.

Volgens mij kun je iets niet omarmen als er geen ruimte omheen zit.

P.S.

Dit essay schreef ik tijdens de tweede editie van schrijflab Klank&Komma, onder leiding van Leonieke Baerwaldt. Samen met nog zeven andere schrijvers, cultuurjournalisten en essayisten onderzochten we de relatie tussen klank en tijd. 

Het essay verscheen eerder in de papieren editie van magazine GonzoCircus en ook online. 

Sandra de Jong

Sandra de Jong

Je las een verhaal van Sandra de Jong; merkstrateeg, schrijfdocent en marketingcoach.

Aan de slag met jouw marketing, positionering of schrijven?

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *